In het volgende overzicht zijn de belangrijkste uitgangspunten voor de meerjarenbegroting 2024-2027 weergegeven:
Omschrijving | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 |
|---|---|---|---|---|
Algemene uitkering | Meicirculaire | Meicirculaire | Meicirculaire | Meicirculaire |
Prijsontwikkeling gemeente | 3,1% | 3,1% | 3,1% | 3,1% |
Verbonden partijen | 10,75% | 10,75% | 10,75% | 10,75% |
Personeel / lonen | 5,2% | 5,2 % | 5,2% | 5,2% |
Rente aan grondexploitaties | 0,52% | 0,52% | 0,52% | 0,52% |
Rente kostendekkende tarieven | 2% | 2% | 2% | 2% |
Rente kapitaallasten | 2% | 2% | 2% | 2% |
Onvoorzien | € 90.000 | € 90.000 | € 90.000 | € 90.000 |
Toelichting
Algemene uitkering
In de begroting 2024-2027 is de stand van de algemene uitkering verwerkt conform de meicirculaire 2023.
Prijsontwikkeling gemeente
Voor zover we rekening houden met een prijsontwikkeling bij de kosten en opbrengsten van goederen en diensten gaan we voor 2024 uit van een inflatie van 3,1% in overeenstemming met de cosumentenprijsindex (CPI).
Ontwikkeling bijdragen aan verbonden partijen
Bij het ramen van de bijdragen aan verbonden partijen gaan we uit van de door de betreffende partijen vastgestelde begrotingen 2024. Bij de kaderstelling aan deze begrotingen hebben we ons geconformeerd aan de kaders van de Werkgroep Financiële Kaderstelling Gemeenschappelijke Regelingen. De indexatie is vastgesteld op 10,75%.
Personeel/lonen/werkgeverslasten
Voor de indexatie van de loonkosten gaan we uit van de prijsindex Loonvoet sector overheid uit de meicirculaire 2023. De indexatie is op basis hiervan gesteld op 5,2%.
Rente grondexploitaties
Bij de toerekening van rente aan de grondexploitaties gaan we uit van een rente van 0,52 %.
Rente kostendekkende tarieven
Voor tarieven die niet meer dan kostendekkend mogen zijn, geldt dat voor de berekening van de kapitaallasten een bedrijfseconomisch verdedigbaar rentepercentage moet worden gehanteerd.
Voor zover sprake is van rentetoerekening, kiezen wij voor een percentage van 2%.
Rente kapitaallasten
Het BBV schrijft voor dat er een verband moet zijn tussen de werkelijke rente op uitstaande leningen en de rentelasten die worden toegerekend aan de bezittingen van de gemeente. Wij kiezen ervoor om
de rentepercentages voor kort en lang geld aan elkaar gelijk gehouden, 2%.
Onvoorzien
Voor de dekking van onvoorziene lasten is jaarlijks een post van € 90.000 opgenomen.
Jaarschijf 2027
Van alle bedragen die voorkomen in de jaren 2024-2027 zijn we er vanuit gegaan dat de bedragen structureel zijn en dus overgenomen kunnen worden in 2027. Bij afwijkende of incidentele bedragen in 2026 wordt per post beoordeeld of deze moeten worden overgenomen in 2027.